Door hogere invoerbelasting in Amerika verdienen Nederlandse bedrijven soms juist meer geld.
Importheffingen zijn extra belastingen die een land vraagt als een product uit een ander land komt.
Stel, een bedrijf in China maakt staal. Als dat naar Amerika gaat, kan Amerika zeggen: je moet eerst een extra belasting betalen.
Daardoor wordt het staal duurder in Amerika.
Donald Trump wil dat meer producten in Amerika zelf gemaakt worden. Door buitenlandse spullen duurder te maken, hoopt hij dat Amerikanen liever in eigen land kopen.
Soms worden producten door deze heffingen voor Amerika te duur. Dan zoekt een land of bedrijf een andere koper.
Nederlandse bedrijven kunnen dan goedkoper inkopen of meer verkopen aan landen die wel openstaan.
Nee. Trump is niet de baas van de wereld. Hij kan alleen heffingen bepalen voor producten die Amerika in- of uitgaan.
Verkoop jij iets direct aan een Fransman, dan heeft Amerika daar niets over te zeggen, tenzij je product eerst via Amerika gaat.
Veel olie wordt internationaal verhandeld. Soms loopt de handel via Amerikaanse bedrijven, havens of in Amerikaanse dollars.
In die gevallen kan Amerika regels opleggen of handel blokkeren. Maar olie die rechtstreeks tussen andere landen wordt verhandeld, kan Amerika niet zomaar belasten.
Je kunt producten vaak via een andere route sturen, bijvoorbeeld om een land met hoge heffingen te vermijden.
Dat kan soms duurder of ingewikkelder zijn, maar het is mogelijk.