Mensen drinken steeds vaker iets anders voor melk, zoals havermelk of amandelmelk. Maar vroeger dronk iedereen gewoon melk.
Behalve melk is er ook karnemelk. In de supermarkt zit melk in een blauw pak en karnemelk in een rood pak. Wat maakt karnemelk anders?
De naam karnemelk zegt het al een beetje, karnen is een onderdeel van het maken van karnemelk. Karnen is het snel roeren of stampen van room. Dit room is overgebleven bij het maken van boter.
Het ronddraaien van de room zorgt ervoor dat de room zich opdeelt in een zure melk en boterklonten. Dit wordt daarna uit elkaar gehaald. De zure melk die over blijft noemen we karnemelk.
Karnemelk werd vroeger heel veel gedronken in Nederland. In de landen om ons heen werd karnemelk ook wel gedronken, maar niet zo veel als in Nederland.
Tegenwoordig wordt karnmelk steeds minder populair. In sommige landen in Azië en in het Midden-Oosten wordt nog wel steeds veel karnemelk gedronken. Het is bijzonder dat landen die zo ver uit elkaar liggen al heel lang dezelfde dingen drinken.
Je kan ook prima koken met karnemelk. Bekijk maar eens dit recept voor hangop. Je kan het toetje hangop ook met karnemelk maken.
Probeer karnemelk weer eens een keer! Maar misschien is het wel handig om met een klein pakje te beginnen. Je kan het ook met een beetje suiker drinken.