In Zuid-Europa is het bloedheet. In Griekenland is het zelfs 45 graden Celsius. Hoe voelt dat eigenlijk? En hoe ga je daar mee om?
Deze schaal is in 1742 bedacht door de astronoom Anders Celsius uit Zweden. Het nulpunt van de Celsiusschaal komt overeen met smeltend ijs en het kookpunt van water is ongeveer 100 graden Celsius.
Extreme warmte, zoals we nu onder meer in Griekenland, is niet goed voor mensen en dieren. Als je even in de zon staat, verbrand je zomaar. Het is buiten dan nog een stuk heter dan je zelf bent, dus je lichaam kan de warmte niet kwijt.
Je lichaam heeft een temperatuur van 37 graden. Bij die temperatuur functioneert je lichaam precies goed. Als het warm weer is, ga je zweten. Daardoor koelt je huid af en kun je je warmte kwijt. Zo kan je lichaam zichzelf op 37 graden houden.
Als het buiten warmer is dan 37 graden, kan je lichaam niet meer goed afkoelen. Dan kunnen er twee dingen gebeuren. Je kunt uitdrogen en je hebt kans op oververhitting.
Boven de 40 graden kan het zelfs misgaan. Dan kunnen je organen het niet meer aan. Vooral bij oudere en kwetsbare mensen is dat een probleem.
Boven de 40 graden moet je dus zoveel mogelijk binnen blijven, zeker overdag. Verder moet je heel veel drinken en niet te veel doen.
Alle toeristen die nu in Griekenland of andere Zuid-Europese landen zijn moeten zich dus heel kalm houden. Ze moeten er maar een luie vakantie van maken!