Micky had een groot deel van haar leven last van dipjes en depressies. Ze vertelt in dit interview wat ze dan voelde. En hoe ze daarmee omging.
Jij had vroeger last van dipjes en depressies. Wanneer ontdekte je dat?
Toen ik 11 jaar was hoorde ik dat ik een dysthyme stoornis heb. Dat betekent dat je gevoelig bent voor dipjes en depressies. Ik had het geaccepteerd als een deel van mezelf. Ik heb ook een hechtingsstoornis. Dat ontdekte ik pas vele jaren later.
Die hechtingsstoornis en die dysthyme stoornis werkten samen. Ik had pieken en dalen. De pieken waren slappe pieken, en mijn dalen waren diepe dalen. Het was een disbalans dat per dag kon verschillen.
Hoe zag zo’n dal eruit?
Ik had zware gedachtes. Ik had het gevoel dat ik niks waard was. Ik zag niet hoe ik zin kon geven aan mijn leven. Waarom ben ik wie ik ben? Waarom heb ik dit rugzakje meegekregen? Wat kan ik hiermee? Waarom ik? Ik voelde mij slachtoffer van alles. Ik zat vast in mijn beperkingen.
Ik had niet een beperking maar ik had het gevoel dat ik een beperking was. Als je vast zit in je beperkingen, krijg je vanzelf donkere gedachten. Nu heb ik geleerd dat ik wel een beperking heb maar in de allereerste plaats ben ik een mens. Ik ben Micky. Die labeltjes komen op de tweede plaats.
Micky: "Een belangrijk onderdeel van herstel is gezien en gehoord worden als mens."
Wat deed je in de periodes dat je je somber voelde?
Ik had cirkelende gedachtes en moest heel veel huilen. En vaak wist ik niet eens waarom ik moest huilen. Van 2012 tot 2014 heb ik een grote depressie gehad. Toen vond ik het zelfs te zwaar om de telefoon op te nemen. Het lukte mij niet om uit bed te komen. En ik voelde niks, dat was heel gek.
Ik had ook een gebrek aan zelfvertrouwen. Ik voelde mij waardeloos. Ik vroeg mij af waarom ik eigenlijk geboren was. En ik had geen fijn werk. En ik zag ook niet hoe dat beter kon worden.
Sprak je daarover met mensen?
Toen ik terugkwam van een vakantie vroegen mensen mij of ik het leuk had gehad. Ik kon er niks leuks over vertellen. En voelde er ook niks bij. Na een paar weken merkte ik dat er iets niet klopte. Ik wilde niks meer. Ik voelde niks meer. De lol was eraf.
Dat heb ik aangekaart bij mijn begeleidster. Die heeft er gelijk actie opgezet en een afspraak voor mij gemaakt bij de psychiater.
Kon jouw begeleider nog meer voor jou doen?
Soms was ik zo somber dat het mij gewoon niet lukte om op te staan. Mijn begeleidster kwam dan naar mij toe, smeerde mijn lunch en fietste mee naar mijn werk. Zij deed dat echt goed. Als we een gesprek hadden, kon ik soms alleen maar huilen.
Zij was vaak diegene die zei “kom we gaan een klein klusje doen”. Mijn bed opmaken bijvoorbeeld. Met een beetje humor erbij. Dat soort dingen haalden mij heel even uit mijn hoofd en terug naar gekkigheid en luchtigheid. Dat heeft ze heel goed gedaan.
Wat betekende die hulp voor jou?
Een belangrijk onderdeel van herstel is gezien en gehoord worden als mens. Weten dat het gevoel dat je hebt, er mag zijn. Ik heb geleerd om te huilen. Ik zat elke week huilend bij mijn begeleider. Veel opgekropte gevoelens kwamen eruit. Het alleen moeten doen, voelt eenzaam.
Het helpt als mensen er voor je zijn. En ik kreeg ook medicatie die hielp. Het duurde even voordat ik het goede medicijn had. Maar toen ik de goede medicijnen had, maakte dat gelijk een verschil.
Heb je nog steeds last van dipjes en depressies?
Nee, sinds ik een eigen huis heb niet meer. Tot mijn 31e heb ik altijd een huis gedeeld met anderen. Nu ik eindelijk mijn eigen huis heb, heb ik meer rust. Daardoor raak ik minder snel uit balans. En ik heb ander werk. Ik werk als ervaringsdeskundige en dat is echt mijn levenswerk.
Ook ben ik een boek aan het schrijven over mijn leven. En hoe het is om een hechtingsstoornis te hebben.
Jij bent ervaringsdeskundige. Jij hebt gevoeld hoe het is om sombere gedachtes te hebben. Welke tips heb je voor anderen die sombere gedachtes hebben?
Je hoeft het niet alleen te doen. Je hebt iemand nodig. Praat erover. Het kan ook helpen om op te schrijven hoe je je voelt. Of spreek het in en neem het op. Bijvoorbeeld met een spraakberichtje. Dan kan je het aan iemand laten luisteren. Of schrijf het in een bericht.
Dan heb je iets meer afstand. En geef je de ander ook rustig de ruimte om erop te reageren. Of maak er iets creatiefs van. Knip plaatjes uit een tijdschrift die vertellen hoe je je voelt. Als je het met woorden niet kan vertellen, kan je het met plaatjes misschien wel.
En de mensen die om je heen staan, kunnen dan meekijken hoe ze je kunnen helpen.
En heb je ook tips voor mensen die een vriend of familielid hebben die zich heel somber voelt?
Het helpt om samen kleine dingen te doen, zoals een klusje doen in huis. Op een luchtige manier. Gezellig met een muziekje aan bijvoorbeeld. Staat er nog een afwas? Trek die persoon overeind en zeg “kom dit gaan we samen doen”.
Als iemand echt depressief is, spreek dan iemand niet aan op zijn zelfredzaamheid. Een depressie is een ziekte. Dan ben je niet zelfredzaam. En heeft die persoon hulp nodig.
Heb jij sombere gedachtes? Praat erover met anderen.
Micky maakt gedichten. Vind je het leuk om haar te volgen? Dat kan op Instagram. Haar account is @gedichten_hoekje